populierenbos
de bomen staan stil zoals altijd
afgerond door het rood van de avondzon.
hun schors is de lingerie van de nacht
die hen omsluit rond oneindig lange benen
om te verdwijnen in het takkenkruis
de bomen wachten op de wind en
de aandacht die ze krijgen
bij het voorspel van de storm.
ze genieten van dit zwiepen
het kraken verraadt hun aanraken
de bomen staan roerloos
in het ochtendlicht weten ze van niets.
toch draagt hun schors de sporen van de nacht
want iemand heeft zoals Magdalena
hen zacht als kruis omarmt.